Het beschreven model (analyse, model) levert de afmetingen op van de persoon die in de gewenste houding in het vluchtvervoersmiddel zal plaatsnemen. Het uitgangspunt hierbij is de P50 (het gemiddelde). Hierbij is het van belang dat de P5 en P95 ook gebruik van het vluchtvoertuig kunnen maken. In tabel 1 zijn de afmetingen van de posities van de gewrichten van de desbetreffende persoon in de bijbehorende fietshouding.

De maximale afmetingen van het model lopen op de x-as van -1009 tot en met 500 (1509 mm) en op de y-as van -104 tot en met 656 (760 mm). Dit valt ruim binnen de gevraagde afmetingen (2000 mm lang, 850 mm hoog inclusief persoon). Er is nog voldoende ruimte over voor het ontwerp van de constructie.

Afmetingen

Op basis van de antropometrie, de range of motion van de gewrichten en het mensmodel in Excel zijn enkele hoofdmaten van de vluchtwagen vastgesteld. Deze zijn te vinden in tabel 2.

Voor de wielen is uitgegaan van skelterwielen van 16 inch. Deze afmetingen wielen zijn voor dit doel (skelters) standaard. Tevens bevorderd deze maat een compact voertuig. Er wordt uitgegaan van een wiel van 16 inch (406 mm). De as van het wiel zal 100 mm onder de zitting komen zodat er ruimte overblijft voor constructie. De afstand van het heupgewricht tot de zitting is afmeting F in figuur 1. Dit is gelijk gesteld aan de P95: 97 mm. Iemand die kleiner is, zal een grotere heuphoek creëren. Wordt er gekeken naar de ROM van het heupgewricht (tabel 5) zal dit geen problemen geven.

Voor de P5 zal de zitting 80 mm naar voren worden geplaatst, voor de P95 is dit 80 mm naar achter. Dit maakt dat iedereen bij de trappers kan, berekent uit het verschil in posities van de voet. De zitting maakt een hoek van 135°, dit is de hoek tussen de romp en het been met de grootste kniehoek tijdens het fietsen en zal achter de rug doorlopen tot 2/3 van de romp van P95 zodat deze voldoende ondersteuning biedt voor iedereen in de populatie. Verder loopt deze 200 mm door onder de benen.

Het handvat komt op de hoogte van P5. Iedereen die groter is, heeft langere armen en kan er automatisch ook bij. Er zullen dan kleinere gewrichtshoeken ontstaat in de bovenste extremiteit wat op basis van de ROM (tabel 5) geen problemen zal opleveren.

De x-positie van de crank as is bepaalt door de afstand (in x-richting) van het verschil van de posities in de enkels te nemen van de P50 en deze te halveren. Vervolgens is deze waarde opgeteld bij de x-as positie van de dichtstbijzijnde enkel. De zitting is verstelbaar, dus iedereen kan bij de trappers.

In figuur 13 is een visualisatie van de hoofdmaten te zien. Er is een zijaanzicht en een bovenaanzicht met de bijbehorende maten weergegeven.