inleiding

Er zijn geen specifieke vervoersmiddelen op de markt die door de berijder zelf worden aangedreven die gebruikt worden voor het vluchten. Er is echter wel een scala aan producten die door een externe worden aangedreven zodat een mogelijk slachtoffer snel kan worden vervoerd. Hiervan kunnen principes worden gebruikt (inklapbaar, plaatsing wielen, positie gebruiker et cetera) in het te ontwerpen vluchtvervoersmiddel.

Daarnaast is er bij gebrek aan bestaande vluchtvervoersmiddelen gekeken naar vervoersmiddelen die hand- en/of voet aangedreven zijn die in het dagelijks leven worden gebruikt. Het gaat daarbij vooral om soorten fietsen en handbikes. Hiervan kunnen ook principes en ontwerpen worden toegepast in het vluchtvervoersmiddel. Het doel is uiteindelijk dat een gebruiker zich met een minimale inspanning zo snel en veilig mogelijk kan evacueren in verschillende situaties (brand, instortingsgeval et cetera).

externe aandrijving

Een evacuatiestoel wordt gebruikt bij het evacueren van mensen met een (tijdelijke) beperking. De beperkte persoon heeft echter hulp nodig van één externe die de stoel aandrijft. Deze zal de stoel pakken, uitklappen, instellen en voortduwen. Alle stoelen zijn gebruiksklaar in enkele seconden, hindert het verkeer op de trap niet en kan door iedereen gebruikt worden. In tabel 1 zijn de eigenschappen van dergelijke stoelen uiteengezet. In figuur 1 zijn enkele evacuatiestoelen weergegeven.

SKELTERS

Er bestaan variaties op skelter. Het gaat hierbij om uitvoeringen op drie wielen, zowel twee voorwielen en één achterwiel als twee achterwielen en één voorwiel. Daarnaast kan ook de positie van de aandrijving afwijken, op de voor- of achterwielen. Tot slot is er ook een variatie in de plaatsing en uitvoering van het stuur. In figuur 3 is een compilatie van verschillende uitvoeringen te zien. Een overzicht van alle eigenschappen en hun voor- en nadelen is te zien in tabel 2.

Handbikes

Onder een handbike worden alle vervoersmiddelen verstaan die door de handen worden aangedreven waarbij er sprake is van een (a)synchrone trapbeweging. Een handbike is doorgaans uitgevoerd met drie wielen (twee achter, één voor). De gebruiker zit meestal op een zitting die de billen en rug ondersteund. Sturen wordt uitgevoerd door de voeten (op het voorwiel) en de aandrijving zit tevens op de voorkant. De overbrenging komt tot stand door middel van een ketting. Op het basisconcept zijn talloze variaties aangebracht zoals bijvoorbeeld in de zithoek (tot liggen), buikwaarts op de knieën en het aantal en de positie van de wielen. In figuur 4 is een compilatie van handbikes te zien. In tabel 3 staat een overzicht van de eigenschappen en de bijbehorende voor- en nadelen.

Vliegende hollanders

fietsen

Onder fietsen worden alle voertuigen verstaan die beschikken over twee wielen en waarbij het voertuig wordt aangedreven door een asynchrone trapbeweging gemaakt door de voeten. Hierbij is de aandrijving geplaatst op de achterwielen en het stuur op het voorwiel. De houding die wordt aangenomen op een fiets is zittend. Een variatie hierop is de ligfiets. De basis hiervan is overeenkomstig, alleen wordt er niet op gezeten, maar op gelegen. Dit maakt ook dat het stuur een vaak andere vorm heeft: hendels aan de zijkanten. De aandrijving is echter nog wel vaak op de achterwielen. In figuur 6 zijn twee ligfietsen weergegeven. In tabel 5 is weer een overzicht van eigenschappen te zien.